Het betrekken van praktijkdeskundigen bij advies over Vitamine K

Steeds vaker probeert de Gezondheidraad tijdens het adviesproces niet alleen de stand van wetenschap in kaart te brengen maar ook het praktijkperspectief te ‘vangen’. Dat gebeurde ook bij het advies Vitamine K bij zuigelingen dat in april 2017 uitkwam.

Wat vooraf ging

In 2016 trok de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde aan de bel bij de minister van VWS: nog steeds komen er in Nederland door een tekort aan vitamine K teveel bloedingen bij zuigelingen voor die kunnen leiden tot levenslange invaliditeit of sterfte. De Gezondheidsraad werd gevraagd of recent onderzoek aanleiding geeft het vitamine K regime in Nederland aan te passen, en zo ja: hoe.

Beeld: ©HH

Kinderartsen, verloskundigen, jeugd- en huisartsen aan het woord

Bij het opstellen van het advies heeft de vaste Commissie Voeding een aantal kinderartsen geraadpleegd vanwege hun inhoudelijke kennis. Op verzoek van de minister heeft de commissie daarnaast praktijkdeskundigen betrokken. Aan het begin van het adviestraject vroeg de commissie schriftelijk aan verloskundigen, jeugdartsen en huisartsen in hoeverre zij aanpassing in het vitamine K regime nodig achtten. Ook werd gevraagd  naar praktische overwegingen bij mogelijk alternatieve regimes. Aan het einde van het adviestraject zijn verloskundigen nogmaals schriftelijk geraadpleegd. Met de input van deze kinderartsen, jeugdartsen, huisartsen en verloskundigen formuleerde de commissie haar advies.

Het advies

De Gezondheidsraad heeft in april 2017 geadviseerd om zuigelingen die borstvoeding gaan krijgen voortaan na de geboorte vitamine K toe te dienen via een intramusculaire injectie. Dat vermindert het risico op het ontstaan van bloedingen die tot levenslange invaliditeit kunnen leiden of sterfte tot gevolg kunnen hebben. De raad adviseert de minister om het nieuwe regime te monitoren om te zien of het werkelijk genoeg helpt.

Terugblik op het proces

De praktijkdeskundigen hebben het gewaardeerd dat ze gehoord zijn. Voor de commissie van de Gezondheidsraad was het prettig om input te krijgen en voeling te hebben met hoe het advies zou landen.

Vaak richtte de zorg van de mensen uit de praktijk zich op implementatiekwesties. Omdat het advies gebaseerd is op wetenschappelijke bewijsvoering, beoogt het ministerie van VWS de implementatie verder vorm te geven tijdens een speciale bijeenkomst voor zorgprofessionals die in de praktijk met dit advies aan de slag moeten.